NJ 1949/424
Geding, op naam van een rechtspersoon gevoerd door een tot vertegenwoordiging onbevoegd persoon; Bekrachtiging.
HR 28-01-1949, ECLI:NL:HR:1949:228, m.nt. Prof. Mr. Ph.A.N. Houwing
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 januari 1949
- Magistraten
Mrs Donner, Nypels, Hijink, Losecaat Vermeer en Smits
- Zaaknummer
[28011949/NJ_1949-424]
- Noot
Prof. Mr. Ph.A.N. Houwing
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS108832:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1949:228, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑01‑1949
- Wetingang
(BW art. 1690-1702, 1844.)
Essentie
Geding, op naam van een rechtspersoon gevoerd door een tot vertegenwoordiging onbevoegd persoon; Bekrachtiging.
Samenvatting
Men kan handelingen, op zijn naam verricht door iemand, die in het geheel geen bevoegdheid tot vertegenwoordigen had, bekrachtigen met het gevolg, dat de handelende persoon beschouwd wordt voor zijn handelen volmacht te hebben gehad.
Een dergelijke bekrachtiging is ook mogelijk, indien iemand op naam van een natuurlijk persoon of rechtspersoon een geding is aangevangen zonder bevoegdheid daartoe te bezitten.
Alsdan brengt de bekrachtiging, die o.m. kan plaats vinden door overneming in enige instantie van de leiding van het geding door of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.