JWB 2016/236
Procesrecht
HR 17-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1231
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 juni 2016
- Zaaknummer
15/02301
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1231, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:169, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑03‑2016
- Wetingang
Art. 81 RO
Essentie
Procesrecht
Samenvatting
Casus
Bij dagvaarding heeft eiser gevorderd dat Coca Cola wordt veroordeeld tot betaling van een vergoeding aan hem voor de door hem tijdens zijn dienstverband bij Coca Cola geleverde ideeën en geschreven handboeken voor machine instructies. De vordering is primair gebaseerd op het niet nakomen van toezeggingen door Coca Cola. Na comparitie heeft de rechtbank bij eindvonnis geoordeeld dat de door eiser gepretendeerde vordering is verjaard. Bij arrest heeft het hof het vonnis van de rechtbank bekrachtigd.
Rechtsvraag
Heeft het hof ten onrechte geoordeeld dat de verjaring van de vordering voor zover die is gebaseerd op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.