NJB 2021/3199
De vreemdeling klaagt terecht dat de rechtbank voor de vraag of in deze zaak de redelijke termijn is overschreden, is uitgegaan van een onjuist beoordelingskader.
ABRvS 10-11-2021, ECLI:NL:RVS:2021:2515
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
10 november 2021
- Magistraten
Mrs. Verheij, Sevenster, Bijloos
- Zaaknummer
202101791/1/V2
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2021:2515, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 10‑11‑2021
- Wetingang
(art. 6 EVRM (naar analogie, want niet van toepassing in vreemdelingenzaken))
Essentie
De vreemdeling klaagt terecht dat de rechtbank voor de vraag of in deze zaak de redelijke termijn is overschreden, is uitgegaan van een onjuist beoordelingskader.
Partij(en)
Uitspraak op het hoger beroep van: [de vreemdeling], appellant, tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam, van 18 februari 2021 in zaak nr. 19/4544 in het geding tussen: de vreemdeling en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
Uitspraak
Procesverloop
Bij besluit van 25 september 2018 heeft de staatssecretaris een verzoek van de vreemdeling om opheffing van zijn ongewenstverklaring afgewezen.
Bij besluit van 14 mei 2019 heeft de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.