Einde inhoudsopgave
Wet milieubeheer
Artikel 16.37 [Inleverplicht van emissierechten]
Geldend
Geldend vanaf 30-03-2024
- Redactionele toelichting
De wijziging betreffende de zinsnede '1 mei' kan niet worden doorgevoerd.
- Bronpublicatie:
28-02-2024, Stb. 2024, 65 (uitgifte: 22-03-2024, kamerstukken: 36407)
- Inwerkingtreding
30-03-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-03-2024, Stb. 2024, 76 (uitgifte: 29-03-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Lucht
1.
Onverminderd artikel 30, tiende lid, van de Verordening EU-register handel in emissierechten, levert de exploitant van de broeikasgasinstallatie, niet zijnde een broeikasgasinstallatie voor de verbranding van stedelijk afval, met betrekking tot ieder kalenderjaar ten minste een aantal broeikasgasemissierechten, niet zijnde broeikasgasemissierechten die zijn verleend krachtens afdeling 16.2.2, in, dat overeenkomt met de hoeveelheid van de emissie, die de broeikasgasinstallatie in het eerstbedoelde kalenderjaar heeft veroorzaakt.
2.
Ter bepaling van de hoeveelheid van de emissie, bedoeld in het eerste lid, worden de gegevens in acht genomen, die overeenkomstig de Verordening EU-register handel in emissierechten in het EU-register voor de handel in emissierechten zijn opgenomen.
3.
Voor emissies van broeikasgassen die geacht worden te zijn afgevangen en gebruikt op zo een manier dat ze permanent chemisch in een product worden gebonden en bij normaal gebruik, waaronder normale activiteiten die plaatsvinden na het einde van de levensduur van het product, niet in de atmosfeer terecht komen, ontstaat geen verplichting om broeikasgasemissierechten in te leveren.
4.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de voorschriften om te beoordelen of broeikasgassen permanent chemisch in een product zijn gebonden.