Belastingblad 2022/250
Einde van de redelijke termijn in het kader van de immateriële schadevergoeding is het moment waarop in hoofdzaak geen geschil meer bestaat. Cassatieberoep van belanghebbende is ongegrond verklaard met toepassing van art. 81 lid 1 RO.
HR 20-05-2022, ECLI:NL:HR:2022:748
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 mei 2022
- Magistraten
Mrs. J. Wortel, A.F.M.Q. Beukers-van Dooren, P.A.G.M. Cools
- Zaaknummer
20/04209
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:748, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑05‑2022
Essentie
Einde van de redelijke termijn in het kader van de immateriële schadevergoeding is het moment waarop in hoofdzaak geen geschil meer bestaat. Cassatieberoep van belanghebbende is ongegrond verklaard met toepassing van art. 81 lid 1 RO.
Uitspraak
Arrest
in de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen
het COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROTTERDAM
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 4 november 2020, nrs. BK-20/00342 tot en met BK-20/00345,1 op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam (nrs. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.