NJ 1949/545
„Standaardhuurcontract voor Bouwwerktuigen"; „wet" in den zin van art. 99 R. O., Verplichting tot huurbetaling, volgens dit contract, over den tijd, dat huurder alle genot van het gehuurde roerend goed heeft gemist tengevolge van gedwongen evacuatie van Arnhem. Onmogelijkheid van rechtsuitoefening om redenen ontstaan in het bedrijf van huurder.
HR 17-06-1949, ECLI:NL:HR:1949:242
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 juni 1949
- Magistraten
Mrs Donner, Nypels, van der Flier, Losecaat Vermeer en Smits
- Zaaknummer
[17061949/NJ_1949-545]
- Conclusie
Mr. Berger
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS108949:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1949:242, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑06‑1949
- Wetingang
(BW art. 1584-1636, 1596, 1589; RO art. 99.)
Essentie
„Standaardhuurcontract voor Bouwwerktuigen"; „wet" in den zin van art. 99 R. O., Verplichting tot huurbetaling, volgens dit contract, over den tijd, dat huurder alle genot van het gehuurde roerend goed heeft gemist tengevolge van gedwongen evacuatie van Arnhem. Onmogelijkheid van rechtsuitoefening om redenen ontstaan in het bedrijf van huurder.
Samenvatting
Het z.g. „Standaardhuurcontract voor Bouwwerktuigen", opgenomen in de Ned. Stct. 29 Febr. 1944 no. 42, houdt in zodanige naar buiten werkende algemene regeling, uitgegaan van het daartoe bevoegde openbare gezag, als waarop art. 99 R.O. het oog heeft, zodat het moet worden aangemerkt als een wet in den ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.