Prg. 2022/109
Hof passeert bewijsaanbod rechercheurs als getuigen te horen en wijst het verzoek af om camerabeelden te tonen over destructief gedrag van verdachte in politiecel, aangezien niet concreet is aangegeven dat de beelden anders waren dan de beschrijving daarvan in het p-v. Hoge Raad vernietigt arrest en verwijst de zaak naar ander hof.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 februari 2022
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, T.H. Tanja-van den Broek, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons, G.C. Makkink
- Zaaknummer
20/03168
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:274, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑02‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:784, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑09‑2021
- Wetingang
Art. 166 lid 1 Rv; art. 6:162 BW
Essentie
Procesrecht. Is oordeel hof begrijpelijk om eisers niet toe te laten tot bewijs door getuigen (rechercheurs) en verzoek tot tonen van camerabeelden af te wijzen, omdat eisers niet hebben onderbouwd dat beelden anders zijn dan de beschrijving in proces-verbaal van rijksrecherche?
Nee, dat oordeel is onbegrijpelijk.
Samenvatting
In Riagg-cel opgesloten overspannen, agressieve man schopte GGD-arts in zijn kruis, worstelde met agenten en in afwachting op de komst van de psychiater beukte hij met zijn hoofd tegen celdeur en -wand. Kort daarna is een acute letale katatonie vastgesteld. Volgens de man is de politie aansprakelijk voor de schade, aangezien ...