Prg. 1998, 4938
Concurrentiebeding tussen uitzendbureau en uitzendkracht ongeldig, aangezien Arbeidsvoorzieningswet belemmeringen, om uitzendkracht in dienst te laten treden bij opdrachtgevers, verbiedt. Uitzendbureau zouden zodanige arbeidsvoorwaarden moeten aanbieden, dat uitzendkrachten geen brood zien in overstap.
Ktr. Apeldoorn 04-02-1998, ECLI:NL:KTGAPD:1998:AI9671
- Instantie
Kantonrechter Apeldoorn
- Datum
4 februari 1998
- Magistraten
D.J. Buijs
- Zaaknummer
2217/97
- LJN
AI9671
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:KTGAPD:1998:AI9671, Uitspraak, Kantonrechter Apeldoorn, 04‑02‑1998
- Wetingang
BW art. 7:653; Arbeidsvoorzieningswet art. 93 lid 1 onder a
Essentie
Concurrentiebeding tussen uitzendbureau en uitzendkracht ongeldig, aangezien Arbeidsvoorzieningswet belemmeringen, om uitzendkracht in dienst te laten treden bij opdrachtgevers, verbiedt. Uitzendbureau zouden zodanige arbeidsvoorwaarden moeten aanbieden, dat uitzendkrachten geen brood zien in overstap.
Samenvatting
‘Uitzendbureau’ vordert nakoming concurrentiebeding door (ex-)werknemer, die bij het (gemeentelijk) bedrijf waar hij was tewerkgesteld, in dienst is getreden, ondanks dat hij tevoren was gewezen op het beding.
Geoordeeld wordt dat werknemer weliswaar het beding — bewust — heeft overtreden en het ‘uitzendbureau’ in beginsel, wegens te lijden schade, recht en belang heeft op nakoming, doch, de Arbeidsvoorzieningswet (art. 93 lid 1 sub ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.