Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Artikel 813 [Openbaar ministerie. Toegang dienaar openbare macht]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
12-03-2014, Stb. 2014, 131 (uitgifte: 27-03-2014, kamerstukken: 33061)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-11-2014, Stb. 2014, 443 (uitgifte: 21-11-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Burgerlijk procesrecht / Rechtspleging van onderscheiden aard
1.
Het openbaar ministerie verleent zo nodig zijn medewerking:
- a.
tot de voorgeleiding van een minderjarige voor de rechter ingevolge artikel 809 van dit Wetboek;
- b.
tot de overbrenging van een minderjarige in verband met een uithuisplaatsing ingevolge de artikelen 265b en 326 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;
- c.
tot de afgifte van minderjarigen, als bedoeld in artikel 812;
- d.
tot de tenuitvoerlegging der beschikkingen, bedoeld in artikel 278, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.
2.
De ambtenaar van politie, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, die door het openbaar ministerie is aangewezen om de in lid 1 bedoelde medewerking te verlenen, heeft toegang tot elke plaats, voor zover dat redelijkerwijs voor de vervulling van zijn taak nodig is.