Einde inhoudsopgave
Regeling grondafhandeling luchtvaartterreinen
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 31-10-2009
- Bronpublicatie:
27-10-2009, Stcrt. 2009, 16329 (uitgifte: 30-10-2009, regelingnummer: CEND/HDJZ-2009/1258)
- Inwerkingtreding
31-10-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-10-2009, Stcrt. 2009, 16329 (uitgifte: 30-10-2009, regelingnummer: CEND/HDJZ-2009/1258)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
1.
De Minister kan, na overleg met de exploitant van de luchthaven, de gebruikers en de verleners van grondafhandelingsdiensten, besluiten dat op een luchthaven in Nederland dat voor burgerluchtvaart is opengesteld de exploitant van de luchthaven of een ander door de Minister aangewezen lichaam een of meer centrale voorzieningen beheert die bestemd zijn voor het verlenen van grondafhandelingsdiensten, die wegens hun complexiteit, kosten, gevolgen voor het milieu of om redenen van orde en veiligheid niet kunnen worden verdeeld of opgesplitst. Gebruikers die zelfafhandelingsdiensten verrichtten en verleners van grondafhandelingsdiensten zijn verplicht van deze voorzieningen gebruik te maken.
2.
De Minister ziet er op toe dat het beheer van de in het eerste lid bedoelde centrale voorzieningen op transparante, objectieve en niet-discriminerende wijze geschiedt en geen belemmering vormt voor gebruikers die zelfafhandelingsdiensten verrichten of voor verleners van grondafhandelingsdiensten.