AB 2016/449
Toepassing bestuursdwang, wanneer komt een naast een drugsruimte gelegen ruimte een zelfstandige functie toe.
ABRvS 24-08-2016, ECLI:NL:RVS:2016:2314, m.nt. J.G. Brouwer en L.M. Bruijn
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
24 augustus 2016
- Magistraten
Mrs. J.A. Hagen, A.B.M. Hent, H. Bolt
- Zaaknummer
201506641/1/A3
- Noot
J.G. Brouwer en L.M. Bruijn
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS925118:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2016:2314, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 24‑08‑2016
- Wetingang
Art. 13b Opw
Essentie
Toepassing bestuursdwang, wanneer komt een naast een drugsruimte gelegen ruimte een zelfstandige functie toe.
Samenvatting
“Gelet op de feitelijke situatie ter plaatse heeft de rechtbank het voorts terecht niet onredelijk geacht dat de burgemeester overeenkomstig zijn beleid is overgegaan tot sluiting van het gehele lokaal. De garage maakt onderdeel uit van het lokaal en was uitsluitend via het hotel bereikbaar. Met de stelling dat de garage op eenvoudige wijze van de rest van het lokaal kan worden gescheiden en moet worden beschouwd als een aparte ruimte, heeft appellant niet aannemelijk gemaakt dat de burgemeester van een onjuiste feitelijke situatie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.