Einde inhoudsopgave
Verdrag van Genève voor de verbetering van het lot der gewonden en zieken, zich bevindende bij de strijdkrachten te velde, van 12 Augustus 1949
Artikel 18
Geldend
Geldend vanaf 21-10-1950
- Bronpublicatie:
12-08-1949, Trb. 1951, 72 (uitgifte: 14-06-1951, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
21-10-1950
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-08-1949, Trb. 1951, 72 (uitgifte: 14-06-1951, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De militaire autoriteiten kunnen een beroep doen op de menslievendheid der inwoners om, onder haar toezicht, gewonden en zieken vrijwillig op te nemen en te verzorgen; aan de personen die aan dit beroep gehoor hebben gegeven, zullen zij de nodige bescherming en faciliteiten verlenen. Ingeval de tegenpartij de streek in haar macht mocht krijgen of herkrijgen, zal zij de aan deze personen verleende bescherming en faciliteiten handhaven.
2.
De militaire autoriteiten moeten, zelfs bij een inval of in bezet gebied, de inwoners en de verenigingen tot hulpverlening toestaan gewonden of zieken, ongeacht hun nationaliteit, uit eigen beweging op te nemen en te verzorgen. De burgerbevolking moet deze gewonden en zieken ontzien en zich tegenover hen in het bijzonder onthouden van ieder gewelddadig optreden.
3.
Niemand mag ooit lastig gevallen of veroordeeld worden wegens het feit, dat hij gewonden of zieken heeft verzorgd.
4.
De bepalingen van dit artikel ontheffen de bezettende Mogendheid niet van de verplichtingen welke op haar rusten met betrekking tot de geneeskundige en geestelijke verzorging van de gewonden en zieken.