Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES
Artikel 274
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
22-09-2010, Stb. 2010, 497 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
De wederpartij of haar gemachtigde is bevoegd om binnen zes weken na dagtekening van de aanzegging van het beroep op gelijke wijze een memorie in te dienen met zodanige bescheiden als zij geraden oordeelt.
2.
Bij die memorie mag zij de verklaring afleggen dat zij harerzijds in hoger beroep wenst te komen, in welk geval de memorie de middelen inhoudt, waarop het hoger beroep gegrond is. De memorie wordt als niet ingediend beschouwd, indien de belanghebbende niet bij de indiening bij de griffier heeft vooruitbetaald de kosten van de betekening, zoals ten aanzien van de appellant is bepaald, desverlangd na taxatie door de rechter.
3.
Van de ontvangst van de stukken en van de verklaring dat incidenteel beroep wordt ingesteld, houdt de griffier in voege als voren aantekening in het algemeen register, met uitzondering evenwel van het geval, bedoeld in het tweede lid, laatste volzin.