Einde inhoudsopgave
Gedragsregels advocatuur 2018
Officiële Toelichting
Geldend
Geldend vanaf 14-02-2018
- Bronpublicatie:
14-02-2018, Internet 2018, www.advocatenorde.nl (uitgifte: 14-02-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
14-02-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-02-2018, Internet 2018, www.advocatenorde.nl (uitgifte: 14-02-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
Advocaten moeten elkaar met het oog op een goede beroepsuitoefening kunnen vertrouwen. Die is gediend met een onderlinge verhouding tussen advocaten die berust op vertrouwen en welwillendheid. Daarom moeten advocaten zich onthouden van al wat hun onderlinge verhouding zou kunnen verstoren. Uitlatingen die naar algemeen spraakgebruik grievend of kwetsend zijn, behoren advocaten in hun zakelijk verkeer achterwege te laten.
Naar het oordeel van de tuchtrechter dienen de gedragsregels mede tot de instandhouding van een onderlinge verhouding binnen de beroepsgroep die gebaseerd is op welwillendheid en vertrouwen. Dit draagt bij aan een goede beroepsuitoefening. Anderzijds vereist die beroepsuitoefening dat het te dienen partijbelang daaraan niet ondergeschikt wordt gemaakt. Partijdigheid is immers een kernwaarde van de advocatuur. Daarom zal in een mogelijk spanningsveld tussen een welwillende confraternele verhouding en het partijbelang de advocaat steeds een zorgvuldige afweging moeten maken waarbij de omstandigheden van de te behandelen zaak mede bepalend zijn. Naast de vereiste confraternaliteit wordt de vrijheid die de advocaat in zijn (partijdig) optreden kent, ook begrensd door de beginselen van een behoorlijke procesorde. Deze zijn ook van toepassing op het beroepsmatig optreden in rechte (HvD 16 augustus 2013, nr. 6626, ECLI:NL:TAHVD:2013:194).
Welwillendheid en vertrouwen houdt ook in dat de advocaat rekening houdt met de andere advocaat bij het bepalen van het tijdstip van het overleggen van stukken in juridische procedures en equality of arms bij het geven van informatie aan de rechter. Zie daarvoor tevens regel 20 en de toelichting daarop.
Een andere verwijzing naar welwillendheid en vertrouwen is dat een advocaat een doelmatig optreden in de procedure nastreeft en voor ogen dient te houden dat geen onnodige kosten worden gemaakt ten laste van de wederpartij of andere betrokkenen (regel 6) en dat de advocaat zich niet onnodig grievend dient uit te laten (regel 7).