AB 2016/11
WWB. Verrekening na verruiming art. 60a lid 4 WWB.
CRvB 29-09-2015, ECLI:NL:CRVB:2015:3296, m.nt. C.W.C.A. Bruggeman
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
29 september 2015
- Magistraten
Mrs. A.B.J. van der Ham, W.F. Claessens, C. van Viegen
- Zaaknummer
14/6327 WWB
- Noot
C.W.C.A. Bruggeman
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922452:1
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
Sociale zekerheid bijstand / Algemeen
Staatsrecht / Wetgeving
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2015:3296, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 29‑09‑2015
- Wetingang
Art. 60a lid 4 WWB; art. 4:85 lid 3 Awb
Essentie
Voor verrekening dient een expliciete wettelijke grondslag te bestaan. Het verruimde art. 60a lid 4 WWB voorziet daarin en heeft onmiddellijke werking.
Samenvatting
Vaststaat dat ten aanzien van deze bepaling niet in overgangsrecht is voorzien. Indien, zoals hier aan de orde, niets is bepaald omtrent de werking van een nieuwe wettelijke regel geldt, zoals aanwijzing 166, eerste lid, van de geldende tekst van de Aanwijzingen voor de Regelgeving (aanwijzingen) vermeldt, de hoofdregel van onmiddellijke ofwel exclusieve werking: een nieuwe regel is niet slechts van toepassing op hetgeen na haar inwerkingtreding voorvalt, doch ook op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.