Richtlijn 2008/104/EG betreffende uitzendarbeid
Artikel 4 Heroverweging van verbodsbepalingen en beperkingen
Geldend
Geldend vanaf 06-12-2008
- Bronpublicatie:
19-11-2008, PbEU 2008, L 327 (uitgifte: 05-12-2008, regelingnummer: 2008/104/EG)
- Inwerkingtreding
06-12-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-11-2008, PbEU 2008, L 327 (uitgifte: 05-12-2008, regelingnummer: 2008/104/EG)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Medezeggenschapsrecht
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
1.
Beperkingen van en een verbod op de inzet van uitzendkrachten kunnen uitsluitend worden gerechtvaardigd met redenen van algemeen belang, die met name verband houden met de bescherming van de uitzendkrachten, de eisen ten aanzien van de gezondheid en veiligheid op het werk of de noodzaak de goede werking van de arbeidsmarkt te garanderen, en misbruik te voorkomen.
2.
Uiterlijk op 5 december 2011 heroverwegen de lidstaten, na de sociale partners overeenkomstig de nationale wetgeving, collectieve overeenkomsten en praktijken te hebben geraadpleegd, de beperkingen van en een verbod op de inzet van uitzendarbeid om na te gaan of zij om de in lid 1 vermelde redenen nog steeds gerechtvaardigd zijn.
3.
Indien de beperkingen en verbodsbepalingen in collectieve arbeidsovereenkomsten zijn vervat, mag de in lid 2 bedoelde heroverweging worden verricht door de sociale partners die de betrokken overeenkomst hebben gesloten.
4.
De leden 1, 2 en 3 gelden onverminderd de nationale voorschriften inzake de registratie, afgifte van vergunningen, certificering, financiële waarborgen of het toezicht op uitzendbureaus.
5.
De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op 5 december 2011 in kennis van de resultaten van de in de leden 2 en 3 bedoelde heroverweging.