Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/961
Strafmotivering. De strafoverweging van het hof bevat geen opgave van de redenen die i.h.b. hebben geleid tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf. Dat verzuim leidt o.g.v. art. 359.8 Sv tot nietigheid.
HR 01-09-2020, ECLI:NL:HR:2020:1346
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 september 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
18/04877
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1346, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑09‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:516, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑06‑2020
Essentie
Strafmotivering. De strafoverweging van het hof bevat geen opgave van de redenen die i.h.b. hebben geleid tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf. Dat verzuim leidt o.g.v. art. 359.8 Sv tot nietigheid.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/04877
Datum 1 september 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 31 oktober 2018, nummer 22/005245-17, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1973,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.J. Hofstee:
1. Het gerechtshof Den Haag heeft bij arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.