RVR 2017/96
Belanghebbendebegrip. Welke invulling moet worden gegeven aan het criterium dat voor het zijn van belanghebbende ‘gevolgen van enige betekenis’ kunnen worden ondervonden?
ABRvS 23-08-2017, ECLI:NL:RVS:2017:2271
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
23 augustus 2017
- Magistraten
Mrs. B.J. van Ettekoven, J.E.M. Polak, J. Hoekstra
- Zaaknummer
201604695/1/A1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS927371:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Bouwrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2017:2271, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 23‑08‑2017
- Wetingang
Art. 1:2 lid 1 Awb
Essentie
Belanghebbendebegrip. Gevolgen van enige betekenis. Objectief bepaalbaar belang.
Welke invulling moet worden gegeven aan het criterium dat voor het zijn van belanghebbende ‘gevolgen van enige betekenis’ kunnen worden ondervonden?
Samenvatting
Omwonenden dienden een handhavingsverzoek in tegen een mestbassin vanwege geuroverlast. Dit verzoek werd afgewezen en het daartegen gerichte bezwaar ongegrond verklaard. In beroep kwam de vraag aan de orde wie van de betrokkenen als belanghebbende kon worden aangemerkt. In een tussenuitspraak paste de rechtbank de bestuurlijke lus toe, waarbij het College van burgemeester en wethouders in de gelegenheid werd gesteld de geconstateerde gebreken te herstellen. In de nieuwe ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.