Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 414 Naleving van liquiditeitsvereisten
Geldend
Geldend vanaf 27-06-2019
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 28-06-2021.
- Bronpublicatie:
20-05-2019, PbEU 2019, L 150 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/876)
- Inwerkingtreding
27-06-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-05-2019, PbEU 2019, L 150 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/876)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Een instelling die, ook in stresssituaties, de vereisten van artikel 412 of artikel 413, lid 1, niet naleeft of niet verwacht deze te zullen naleven, stelt de bevoegde autoriteiten daarvan onmiddellijk in kennis en legt de bevoegde autoriteiten zonder onnodige vertraging een plan voor om de vereisten van artikel 412 of artikel 413, lid 1, naargelang het geval, spoedig weer na te leven. Totdat de naleving is hersteld, rapporteert de instelling dagelijks aan het einde van elke werkdag de posten, bedoeld in titel III, in titel IV, in de in artikel 415, lid 3 of lid 3 bis, bedoelde uitvoeringshandeling, of in de gedelegeerde handeling als bedoeld in artikel 460, lid 1, naargelang het geval, tenzij de bevoegde autoriteit toestemming geeft voor een lagere rapportagefrequentie en een langere rapportagetermijn. Voor het geven van die toestemming baseren de bevoegde autoriteiten zich uitsluitend op de individuele situatie van de instelling, rekening houdend met de omvang en de complexiteit van de activiteiten van de instelling. De bevoegde autoriteiten monitoren de uitvoering van dat herstelplan en verlangen in voorkomend geval een spoediger herstel van de naleving.