AB 1993, 183:ABRvS, 29-10-1992, nr. R03923630/P90, nr. S03922732: Onderdoorgang De Welle

AB 1993, 183

ABRvS, 29-10-1992, nr. R03923630/P90, nr. S03922732: Onderdoorgang De Welle

Documentgegevens:

ABRvS 29-10-1992, ECLI:NL:RVS:1992:AN2970, m.nt. R.M. van Male (Onderdoorgang De Welle,NS/GS Friesland)

Instantie: Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Datum: 29 oktober 1992
Magistraten: De Vries
Zaaknummer: R03923630/P90
S03922732
Noot: R.M. van Male
LJN: AN2970
Roepnaam: Onderdoorgang De Welle
NS/GS Friesland
JCDI: JCDI:ADS869798:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Verkeersrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:RVS:1992:AN2970, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 29‑10‑1992
Wetingang: RVS art. 107; RVS art. 116; Waterenregl. Friesland art. 19; Waterenregl. Friesland art. 48; Vaarwegenverord. Friesland art. 11

Essentie

Onzuivere schadebeschikkingen; verweerders mochten zich er niet op beroepen dat zij de belangen niet konden afwegen; bestuurs- of nadeelcompensatie; compensatieplicht ten onrechte niet afgewenteld op de vergunninghouder.

Samenvatting

1. De voorzitter acht de veronderstelling van verweerders dat i.c. onafhankelijk onderzoek naar de grootte van de schade voorafgaande aan de te nemen beslissing onontbeerlijk is, niet juist. Tijdens de hoorzitting was een schadebegroting voorhanden, zodat inzicht bestond in de mate van beweerde benadeling. Bovendien is de voorzitter van mening dat als algemeen uitgangspunt moet gelden dat degene die stelt schade te lijden, dit zal moeten staven. Niet valt in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.