Einde inhoudsopgave
Wet voortgezet onderwijs 2020
Artikel 5.13 Bekostiging lichte ondersteuning samenwerkingsverband
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2024
- Bronpublicatie:
18-04-2024, Stb. 2024, 109 (uitgifte: 30-04-2024, kamerstukken: 36478)
- Inwerkingtreding
01-08-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-06-2024, Stb. 2024, 154 (uitgifte: 12-06-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Aan het samenwerkingsverband wordt bekostiging toegekend voor leerwegondersteunend onderwijs, praktijkonderwijs en regionale ondersteuning. De bekostiging is een bedrag per leerling.
2.
Artikel 5.4, derde en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
3.
Het aantal leerlingen voor de bekostiging voor leerwegondersteunend onderwijs, bedoeld in het eerste lid, wordt bepaald door:
- a.
het aantal leerlingen op 1 oktober 2012 op vestigingen in het gebied van het samenwerkingsverband dat is ingeschreven als leerling die leerwegondersteunend onderwijs ontvangt uit te drukken in een percentage van het totaal aantal leerlingen ingeschreven op vestigingen in het gebied van het samenwerkingsverband op 1 oktober 2012; en
- b.
het percentage, bedoeld onder a, toe te passen op het aantal leerlingen ingeschreven op vestigingen in het gebied van het samenwerkingsverband op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de bekostiging betrekking heeft.
4.
Het aantal leerlingen voor de bekostiging voor praktijkonderwijs, bedoeld in het eerste lid, wordt bepaald door:
- a.
het aantal leerlingen op 1 oktober 2012 op vestigingen in het gebied van het samenwerkingsverband dat is ingeschreven als leerling op een school voor praktijkonderwijs uit te drukken in een percentage van het totaal aantal leerlingen ingeschreven op vestigingen in het gebied van het samenwerkingsverband op 1 oktober 2012; en
- b.
het percentage, bedoeld onder a, toe te passen op het aantal leerlingen ingeschreven op vestigingen in het gebied van het samenwerkingsverband op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de bekostiging betrekking heeft.
5.
De bekostiging voor regionale ondersteuning, bedoeld in het eerste lid, bestaat uit een bedrag per leerling die is ingeschreven op een school of vestiging in het gebied van het samenwerkingsverband.
6.
Voor elke leerling die op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarover de bekostiging plaatsvindt, was aangewezen op leerwegondersteunend onderwijs op eenvestiging in het gebied van het samenwerkingsverband die bekostigd is op grond van artikel 4.8 of artikel 2.48, tweede lid, wordt een bedrag in mindering gebracht op de bekostiging van het samenwerkingsverband.
7.
Voor elke leerling die op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarover de bekostiging plaatsvindt, was ingeschreven op een vestiging voor praktijkonderwijs in het gebied van het samenwerkingsverband, wordt een bedrag in mindering gebracht op de bekostiging van het samenwerkingsverband.
8.
Bij ministeriële regeling worden de bedragen, bedoeld in het eerste, vijfde, zesde en zevende lid vastgesteld.