Einde inhoudsopgave
Kostuum- en titulatuurbesluit rechterlijke organisatie
Artikel 10 [Bef]
Geldend
Geldend vanaf 31-12-1997
- Bronpublicatie:
22-12-1997, Stb. 1997, 763 (uitgifte: 30-12-1997, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
31-12-1997
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-1997, Stb. 1997, 763 (uitgifte: 30-12-1997, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
De bef bestaat uit twee aan de bovenzijde aan elkander bevestigde stukken geplooid wit batist of een hierop gelijkende stof, beide stukken tezamen in geplooide toestand aan de bovenzijde 8 cm breed.
2.
De bef heeft een lengte van 30 cm en mag aan de onderzijde niet breder zijn dan 15 cm.
3.
De bef wordt zodanig bevestigd, dat hetgeen zonder van de toga deel uit te maken om de hals wordt gedragen niet zichtbaar is.
4.
Het bepaalde in het vorige lid is niet van toepassing indien en voor zover een gesteven witte boord met witte strik wordt gedragen.