NJ 1964/214
Is het Hof, na cassatie van een eerdere uitspraak, bij voortgezette behandeling van een faillissementsaanvrage, bevoegd rekening te houden met nieuwe feitelijke gegevens ?
HR 28-02-1964, ECLI:NL:HR:1964:50
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 februari 1964
- Magistraten
Mrs. Wiarda, Houwing, Hülsmann, Dubbink en Loeff
- Zaaknummer
[281964/NJ_1964-214]
- Conclusie
Mr. Van Oosten
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS140091:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1964:50, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑02‑1964
- Wetingang
(Rv art. 424 (nieuw).)
Essentie
Is het Hof, na cassatie van een eerdere uitspraak, bij voortgezette behandeling van een faillissementsaanvrage, bevoegd rekening te houden met nieuwe feitelijke gegevens ?
Samenvatting
De regel dat na cassatie en verwijzing de rechter de zaak moet behandelen in de stand waarin deze verkeerde toen de door de Hoge Raad vernietigde uitspraak werd gegeven, verbood het Hof in het onderhavige geval van een faillissementsaanvrage niet bij zijn uitspraak rekening te houden met gegevens welke ten tijde van de vernietigde uitspraak nog niet te zijner kennis waren gebracht. De vrijheid welke de rechter bij de behandeling van een faillissementsaanvrage ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.