RBP 2017/100
Cassatieprocesrecht. Is een niet-digitaal ingediende procesinleiding waarin geen advocaat bij de Hoge Raad is gesteld ontvankelijk?
HR 29-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2525
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 september 2017
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
17/02742
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- JCDI
JCDI:ADS927756:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2525, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:981, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑08‑2017
- Wetingang
Art. 80a RO; art. 30c lid 1, 69, 407 lid 3 Rv
Essentie
Cassatieprocesrecht. Ontvankelijkheid cassatieberoep. KEI.
Is een niet-digitaal ingediende procesinleiding waarin geen advocaat bij de Hoge Raad is gesteld ontvankelijk?
Samenvatting
Verzoekster tot cassatie heeft per brief cassatieberoep ingesteld tegen het tussen partijen gewezen vonnis van de kantonrechter. Zij heeft daarbij gesteld dat zij (cassatie)advocaten heeft benaderd maar dat dezen niet bereid waren haar zaak in behandeling te nemen en dat zij daarom genoodzaakt was de zaak zelf aan de Hoge Raad voor te leggen. De waarnemend griffier van de Hoge Raad heeft verzoekster bij brief bericht dat haar verzoek tot cassatie niet op de voorgeschreven wijze is ingediend, te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.