NJB 2018/1836
Prejudiciële vragen, aanwijsregels, vrachtwagenchauffeurs, wonen in Nederland, bedrijf gevestigd te Cyprus, rijden in twee of meer EU-lidstaten in trucks van in Nederland gevestigde vervoersondernemingen
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
20 september 2018
- Magistraten
De Vries, Lenos, Van Dalen-van Bekkum
- Zaaknummer
16/2910 AOW-P
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Europees arbeidsrecht
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Wegvervoer
Sociale zekerheid algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2018:2878, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 20‑09‑2018
- Wetingang
(art. 14 lid 1 sub a en lid 2 sub a Verordening 1408/71/EEG; art. 12 en art. 13 lid 1 sub b Verordening 883/2004/EG)
Essentie
Prejudiciële vragen, aanwijsregels, vrachtwagenchauffeurs, wonen in Nederland, bedrijf gevestigd te Cyprus, rijden in twee of meer EU-lidstaten in trucks van in Nederland gevestigde vervoersondernemingen
Uitspraak
Overwegingen
7. Materieelrechtelijke onderwerpen waarover prejudiciële vragen worden gesteld
7.1. Welke onderneming is aan te merken als de werkgever van betrokkenen?
7.1.1.
Indien binnen de EU en EVA grensoverschrijdend wordt gewerkt, leiden de aanwijsregels van Verordening 1408/71/EEG en Verordening 883/2004/EG er meestal toe dat de socialezekerheidswetgeving van het actuele werkland van toepassing is. Het als hoofdregel in Verordening 1408/71/EEG en Verordening 883/2004/EG verankerde werklandbeginsel is erop gericht dat voor werknemers die in ...