Einde inhoudsopgave
Regeling handhaving en overige zaken Wet dieren
Artikel 2.4
Geldend
Geldend vanaf 27-11-2019
- Redactionele toelichting
Dit artikel is opnieuw ingevoegd. Art. 2.4 (oud) vernummerd tot art. 3.4.
- Bronpublicatie:
16-11-2019, Stcrt. 2019, 64181 (uitgifte: 26-11-2019, regelingnummer: WJZ/19014494)
- Inwerkingtreding
27-11-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-11-2019, Stcrt. 2019, 64181 (uitgifte: 26-11-2019, regelingnummer: WJZ/19014494)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
1.
De minister beoordeelt of de nationale gidsen voor goede praktijken kunnen bijdragen aan de naleving van het bij of krachtens de Wet dieren bepaalde.
2.
Nationale gidsen voor goede praktijken als bedoeld in verordening (EG) nr. 852/2004, verordening (EG) nr. 183/2005, verordening (EG) nr. 1069/2009 respectievelijk verordening (EG) nr. 1099/2009 worden voorts beoordeeld op grond van de voorwaarden, bedoeld in artikel 8 van verordening (EG) nr. 852/2004, artikel 21 van verordening (EG) nr. 183/2005, artikel 30 van verordening (EG) nr. 1069/2009 respectievelijk artikel 13 van verordening (EG) nr. 1099/2009.
3.
Nationale gidsen als bedoeld in verordening (EG) nr. 852/2004, worden slechts beoordeeld voor zover deze betrekking hebben op exploitanten van levensmiddelenbedrijven als bedoeld in sectie I tot en met IV van bijlage III van verordening (EG) nr. 853/2004.