Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 1257/2013 inzake scheepsrecycling, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1013/2006 en van Richtlijn 2009/16/EG
Artikel 11 Havenstaatcontrole
Geldend
Geldend vanaf 30-12-2013
- Bronpublicatie:
20-11-2013, PbEU 2013, L 330 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: 1257/2013)
- Inwerkingtreding
30-12-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2013, PbEU 2013, L 330 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: 1257/2013)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Lidstaten passen controlebepalingen voor schepen toe overeenkomstig hun nationale recht met betrekking tot Richtlijn 2009/16/EG. Behoudens lid 2, is elke inspectie beperkt tot het controleren of er zich aan boord hetzij een inventariscertificaat, hetzij een ‘geschikt voor recycling’-certificaat bevindt; indien dit certificaat geldig is, wordt het geacht te voldoen om de inspectie aanvaard te doen worden.
2.
Rekening houdende met de toepasselijke IMO-richtsnoeren kan de desbetreffende autoriteit die bij de havenstaatcontroles betrokken is, een gedetailleerde inspectie uitvoeren, wanneer een schip geen geldig certificaat heeft, of wanneer er gegronde redenen zijn om aan te nemen dat hetzij:
- a)
de toestand van het schip of van de uitrusting ervan op belangrijke punten niet voldoet aan de gegevens van dat certificaat, deel I van de inventaris van gevaarlijke materialen overeenstemt, of beide, hetzij
- b)
dat er aan boord van het schip geen procedure wordt uitgevoerd voor het bijhouden van deel I van de inventaris van gevaarlijke materialen.
3.
Een schip kan worden gewaarschuwd, aangehouden, weggestuurd of geweigerd in de havens of offshoreterminals die onder de jurisdictie van een lidstaat vallen, indien het nalaat de betrokken autoriteiten van die lidstaat op hun verzoek een kopie van het inventariscertificaat, respectievelijk het ‘geschikt voor recycling’-certificaat te bezorgen, onverminderd artikel 9. Een lidstaat die een van deze maatregelen neemt, stelt de betrokken administratie daarvan onmiddellijk op de hoogte. Het niet actualiseren van de inventaris van gevaarlijke materialen vormt geen tekortkoming die tot aanhouding kan leiden, maar elke inconsistentie in de inventaris van gevaarlijke materialen wordt aan de betrokken administratie gemeld, en dient bij de volgende inspectie te zijn hersteld.
4.
Toegang tot een specifieke haven of ankerplaats kan door de betrokken autoriteit van die lidstaat worden toegestaan in geval van overmacht of om prevalerende veiligheidsredenen, of om het risico op vervuiling te verminderen of te minimaliseren, of om gebreken te laten verhelpen, op voorwaarde dat door de eigenaar, de exploitant of de kapitein van het schip passende en voor de betrokken administratie van die lidstaat aanvaardbare maatregelen zijn genomen om een veilige aanloop te waarborgen.