NJ 1940/57
Reiziger verkrijgt van zijn patroon voorschotten op verzonnen orders. Niet een bedriegelijk middel als in art. 326 Sr. vermeld.
HR 16-10-1939, ECLI:NL:HR:1939:205
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 oktober 1939
- Magistraten
Mrs. Taverne, de Menthon Bake, Servatius, Hijink en van der Flier
- Zaaknummer
[161939/NJ_1940-57]
- Conclusie
Mr. Rombach
- JCDI
JCDI:ADS106211:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1939:205, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑10‑1939
- Wetingang
(Sr art. 326.)
Essentie
Reiziger verkrijgt van zijn patroon voorschotten op verzonnen orders. Niet een bedriegelijk middel als in art. 326 Sr. vermeld.
Samenvatting
Ambtshalve: Volgens de bewezenverklaring bestond het door req. [provisiereiziger] gepleegd bedrog enkel hierin, dat hij aan zijn patroon door hem verzonnen orders opgaf, als waren die orders inderdaad gegeven. Dit levert niet op een der bedriegelijke middelen bij art. 326 Sr. vermeld. Dit artikel is ten deze ten onrechte toegepast, terwijl het bewezene ook niet bij eenige andere wetsbepaling strafbaar is gesteld.
Voorgaande uitspraak
Op het beroep van J. H. H., bouwkundige, te Varsseveld, requirant van cassatie tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.