BNB 2016/127
Aftrek voorbelasting voor kosten zelfstandig pensioenfonds voor eigen werknemers. Nieuwe stellingen na beantwoording prejudiciële vragen. Personeelsvoorziening in de zin van het BUA
HR 18-03-2016, ECLI:NL:HR:2016:433, m.nt. C.J. Hummel
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 maart 2016
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Van Vliet, Lourens, Punt, Van Kalmthout
- Zaaknummer
14/02615
- Conclusie
A-G Van Hilten
- Noot
C.J. Hummel
- JCDI
JCDI:ADS923742:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
Belastingrecht algemeen (V)
Fiscaal procesrecht / Procesorde
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:433, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑03‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:157, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑07‑2014
- Wetingang
Art. 15 lid 1 onderdeel a en art. 16 Wet OB 1968; art. 1 BUA; Awb procesorde
Essentie
Aftrek voorbelasting voor kosten zelfstandig pensioenfonds voor eigen werknemers. Nieuwe stellingen na beantwoording prejudiciële vragen. Personeelsvoorziening in de zin van het BUA
Samenvatting
Tot 2005 maakt X2 BV voor de omzetbelasting deel uit van belanghebbende (X1 BV). Het concern waarvan belanghebbende deel uitmaakt heeft ten behoeve van de pensioenregeling van de werknemers van het concern een pensioenfonds opgericht. X2 heeft met diverse dienstverleners overeenkomsten gesloten over de werkzaamheden voor het pensioenfonds, zoals vermogensbeheer en de administratie van de pensioenen. Deze kosten zijn niet doorberekend aan het pensioenfonds. Belanghebbende heeft de door de dienstverleners in rekening gebrachte omzetbelasting in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.