Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 513/2014 vaststelling instrument voor financiële steun voor politiële samenwerking, voorkoming en bestrijding van criminaliteit, en crisisbeheer
Artikel 2 Definities
Geldend
Geldend vanaf 21-05-2014
- Bronpublicatie:
16-04-2014, PbEU 2014, L 150 (uitgifte: 20-05-2014, regelingnummer: 513/2014)
- Inwerkingtreding
21-05-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-04-2014, PbEU 2014, L 150 (uitgifte: 20-05-2014, regelingnummer: 513/2014)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Overheidsfinanciën / EU-financiën
Openbare orde en veiligheid / Terrorismebestrijding
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- a)
‘politiële samenwerking’: de specifieke maatregelen en vormen van samenwerking van alle bevoegde autoriteiten van de lidstaten als vermeld in artikel 87 VWEU;
- b)
‘uitwisseling van en toegang tot informatie’: de veilige verzameling, opslag, verwerking, analyse en uitwisseling van voor de in artikel 87 VWEU vermelde autoriteiten relevante informatie met betrekking tot het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van strafbare feiten, met name grensoverschrijdende, zware en georganiseerde misdaad;
- c)
‘voorkoming van criminaliteit’: alle maatregelen die ten doel hebben criminaliteit en gevoelens van onveiligheid onder de burgers terug te dringen of mede terug te dringen als bedoeld in artikel 2, lid 2, van Besluit 2009/902/JBZ van de Raad (1);
- d)
‘georganiseerde misdaad’: een strafbare gedraging die betrekking heeft op de deelname aan een criminele organisatie in de zin van Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad (2);
- e)
‘terrorisme’: elk van de opzettelijke gedragingen of strafbare feiten als omschreven in Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad (3).
- f)
‘risico- en crisisbeheersing’: elke maatregel met betrekking tot de beoordeling, de voorkoming, de paraatheid en de beheersing van de gevolgen inzake terrorisme, georganiseerde misdaad en andere veiligheidsgerelateerde risico's;
- g)
‘preventie en paraatheid’: elke maatregel die ten doel heeft risico's in verband met mogelijke terroristische aanslagen of andere veiligheidsgerelateerde risico's te voorkomen en/of te beperken;
- h)
‘beheersing van de gevolgen’: de effectieve coördinatie van acties die worden ondernomen op nationaal en/of Unieniveau om te reageren op een terroristische aanslag of ander veiligheidsgerelateerd incident en om de gevolgen daarvan te beperken;
- i)
‘kritieke infrastructuur’: een voorziening, netwerk, systeem of een deel daarvan dat van essentieel belang is voor het behoud van vitale maatschappelijke functies, de gezondheid, de veiligheid, de beveiliging, de economische welvaart of het maatschappelijk welzijn, en waarvan de verstoring, de beschadiging of vernietiging aanzienlijke gevolgen zou hebben in een lidstaat of in de Unie doordat die functies ontregeld zouden raken;
- j)
‘noodsituatie’: elk veiligheidsgerelateerd incident dat of elke nieuwe dreiging die een aanzienlijk negatief effect heeft of kan hebben op de veiligheid van personen in een of meer lidstaten.
Voetnoten
Besluit 2009/902/JBZ van de Raad van 30 november 2009 betreffende de oprichting van een Europees netwerk inzake criminaliteitspreventie (ENCP) en tot intrekking van Besluit 2001/427/JBZ (PB L 321 van 8.12.2009, blz. 44).
Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 ter bestrijding van georganiseerde criminaliteit (PB L 300 van 11.11.2008, blz. 42).
Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 inzake terrorismebestrijding (PB L 164 van 22.6.2002, blz. 3).