Einde inhoudsopgave
Verdrag betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof
Artikel 3bis
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2016
- Bronpublicatie:
15-10-2012, Trb. 2013, 12 (uitgifte: 23-01-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-12-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-11-2016, Trb. 2016, 172 (uitgifte: 03-11-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Het Hof wordt bijgestaan door een griffier en eventueel een of meer substituut-griffiers. De griffier dient doctor in de rechten, meester in de rechten (Nederland), licentiaat in de rechten (België), of houder van een als daaraan gelijkwaardig erkend diploma (Luxemburg) te zijn dan wel master in de rechten op basis van een diploma dat is behaald bij een universiteit, een instelling voor hoger onderwijs of een andere instelling met eenzelfde opleidingsniveau, die overeenkomstig de wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen van een lidstaat van de Europese Unie is aangewezen. Ten aanzien van de substituut-griffiers kan ook een ander universitair einddiploma worden aanvaard.
1bis.
Een waarnemend griffier kan de taak van de griffier of substituut-griffiers waarnemen. Deze wordt aangetrokken uit de griffiers van de rechtscolleges genoemd in artikel 3, lid 1, onder (a), en door de President van het Hof benoemd op voordracht van het Hoofd van het Parket na instemming van het rechtscollege waarvoor betrokkene werkzaam is en waar deze verder zijn functie blijft uitoefenen.
2.
De griffier en de substituut-griffiers worden benoemd door het Comité van Ministers in overeenstemming met de President van het Hof en het Hoofd van het Parket; zij worden bij voorkeur gekozen uit de personeelsleden van het Secretariaat-Generaal van de Benelux Unie. In dat geval vervullen zij de functie van griffier of substituut-griffier naast hun functie bij het Secretariaat-Generaal, met inachtneming van de regeling bedoeld in het zevende lid van dit artikel. Hun benoeming tot griffier of substituut-griffier behoeft de instemming van de Secretaris-Generaal.
3.
Vanaf het ogenblik dat het aantal door het Hof te behandelen zaken het vervullen van de functie van griffier of substituut-griffier naast hun functie bij het Secretariaat-Generaal onmogelijk maakt, zal een griffie worden ingesteld op de zetel van het Hof te Luxemburg.
De Benelux Raad zal, eenmaal per jaar, op basis van een door het Hof opgesteld rapport, zich buigen over de ontwikkeling van het aantal door het Hof behandelde zaken teneinde zich over het ogenblik waarop de griffie te Luxemburg zal worden geopend, uit te spreken.
4.
De griffier en de substituut-griffiers worden op voordracht van het Hoofd van het Parket door het Comité van Ministers van hun functie ontheven in het belang van de dienst. Waarnemend griffiers worden op voordracht van het Hoofd van het Parket door de President van hun functie ontheven in het belang van de dienst. Het Hoofd van het Parket geeft van zijn voornemen tot het doen van deze voordracht kennis aan de betrokken griffier, substituut-griffier of waarnemend griffier. Het Hoofd van het Parket gaat tot deze voordracht niet over dan na de griffier, substituut-griffier of waarnemend griffier te hebben gehoord. Tegen de beslissing van het Comité van Ministers dan wel van de President kan de griffier of substituut-griffier respectievelijk waarnemend griffier, binnen twee maanden nadat deze aan hem is medegedeeld, beroep instellen bij de Eerste Kamer van het Hof, zoals bedoeld in artikel 4quinquies, lid 1, onder (a). Het Hof beoordeelt het beroep in volle omvang.
5.
Indien de algemene vergadering vaststelt dat de functie van de griffier of één of meer substituut-griffiers niet of niet meer gelijktijdig met andere of bepaalde andere functies kan worden uitgeoefend, stelt de President het Comité van Ministers daarvan in kennis. Indien het Comité van Ministers zich verenigt met het gevoelen van de algemene vergadering, neemt het de maatregelen die het nodig acht om de bezwaren weg te nemen.
6.
De griffier, de substituut-griffiers en de waarnemend griffiers, de leden van de aan de griffie verbonden vertaaldienst en het griffiepersoneel zijn onderworpen aan het disciplinair gezag van het Hof. De algemene vergadering stelt de op hen toepasselijke tuchtregeling vast en legt deze ter goedkeuring voor aan het Comité van Ministers.
7.
Voor zover diezelfde personen personeelslid zijn van het Secretariaat-Generaal, stelt het Comité van Ministers, op voorstel van de algemene vergadering, een regeling vast betreffende de verdeling van het gezag tussen het Hof en de Secretaris-Generaal, deze laatste gehoord.