Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011
Artikel 10.2 Gageverklaring
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Bronpublicatie:
08-09-2010, Stcrt. 2010, 14212 (uitgifte: 14-09-2010, regelingnummer: DB2010-178M)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-09-2010, Stcrt. 2010, 14212 (uitgifte: 14-09-2010, regelingnummer: DB2010-178M)
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Artiesten, beroepssporters en buitenlandse gezelschappen
1.
De Belastingdienst verstrekt aan de inhoudingsplichtige het model van de gageverklaring met de daarbij behorende toelichting. De inhoudingsplichtige reikt dienovereenkomstig een gageverklaring met toelichting aan de artiest of beroepssporter uit:
- a.
zodra hij ten aanzien van de artiest of beroepssporter inhoudingsplichtige wordt;
- b.
op verzoek van de artiest of beroepssporter;
- c.
zodra hij weet dat zich een wijziging heeft voorgedaan in de gegevens die de artiest of beroepssporter in de laatstelijk ingeleverde gageverklaring heeft verstrekt en die wijziging tot gevolg heeft dat de artiest of beroepssporter een hoger bedrag aan belasting wordt verschuldigd.
2.
De inhoudingsplichtige mag in plaats van het door de Belastingdienst verstrekte model van de gageverklaring gebruikmaken van een eigen model gageverklaring, mits dat model ten minste de gegevens bevat van het door de Belastingdienst verstrekte model, inclusief de gebruiksaanwijzing en de toelichting op de vragen.
3.
De artiest of beroepssporter verzoekt de inhoudingsplichtige om uitreiking van een gageverklaring indien zich een wijziging voordoet in de eerder door hem verstrekte gegevens en die wijziging tot gevolg heeft dat een hoger bedrag aan belasting wordt verschuldigd.
4.
De artiest of beroepssporter aan wie een gageverklaring is uitgereikt, is gehouden de daarbij gevraagde gegevens te verstrekken door de gageverklaring duidelijk, stellig en zonder voorbehoud ingevuld en ondertekend, in te leveren bij de inhoudingsplichtige. De artiest of beroepssporter levert de ingevulde en ondertekende gageverklaring in voor de eerste gageverstrekking.
5.
De inhoudingsplichtige bewaart de gageverklaring tot ten minste vijf jaren na het einde van het kalenderjaar waarin het optreden of de sportbeoefening heeft plaatsgevonden bij de loonadministratie. Desgevraagd doet de inhoudingsplichtige de gageverklaring aan de inspecteur toekomen binnen een door deze gestelde termijn.