Einde inhoudsopgave
Regeling Wfsv
Artikel 3.17 Bepaling kosten verhaal eigenrisicodrager
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (01-11-2016). Bij de rectificatie is de wijzigingsopdracht betreffende het vervallen van lid 5 weggevallen.
- Bronpublicatie:
10-10-2016, Stcrt. 2016, 54759 (uitgifte: 19-10-2016, regelingnummer: 2016-0000216530)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-10-2016, Stcrt. 2016, 54759 (uitgifte: 19-10-2016, regelingnummer: 2016-0000216530)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
1.
Voor de eigenrisicodrager die ter dekking van het risico, bedoeld in artikel 40, eerste lid, onderdeel b, van de Wfsv, een verzekering heeft gesloten, bedragen de kosten, die op grond van artikel 41, eerste lid, van de Wfsv voor verhaal op de werknemer in aanmerking komen de door hem verschuldigde premie, voor zover die premie betrekking heeft op verzekering van dat risico.
2.
Voor de werkgever die ter dekking van het risico, bedoeld in artikel 40, eerste lid, onderdeel b, van de Wfsv, geen verzekering heeft gesloten worden de kosten, die op grond van artikel 41, eerste lid, van de Wfsv voor verhaal op een werknemer in aanmerking komen, vastgesteld op een percentage van het loon van de werknemer.
3.
Het percentage, bedoeld in het tweede lid, wordt bepaald door de verwachte WGA-totaallasten, bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, onderdeel h, van het Besluit Wfsv in het kalenderjaar waarvoor de premie wordt vastgesteld of de WGA-totaallasten in het voorgaande kalenderjaar te delen door het totaal van het premieplichtig loon dat in dat kalenderjaar ten laste komt of in voorgaande kalenderjaar is gekomen van de eigenrisicodrager. Dit percentage bedraagt ten hoogste 1,5 maal de gedifferentieerde premie, bedoeld in artikel 2.6, derde, vierde, vijfde en zesde lid, van het Besluit Wfsv, waarbij de premiecomponent ZW-lasten niet in aanmerking wordt genomen, die ten hoogste op de werkgever van toepassing zou zijn indien hij geen eigenrisicodrager zou zijn.
4.
Indien na afloop van het kalenderjaar blijkt, dat de te verwachten bedragen in een kalenderjaar afwijken van de gerealiseerde bedragen, kan indien dit zou leiden tot een ander bedrag van de kosten voor het verhaal, het bedrag van het verhaal in het kalenderjaar volgend op dat kalenderjaar worden herzien tot ten hoogste het bedrag, bedoeld in artikel 41, eerste lid, van de Wfsv.