NJ 1964/430
Geheimhoudingsplicht van belastingambtenaren krachtens art. 67, lid 1 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.
HR 14-05-1964, ECLI:NL:HR:1964:15
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 mei 1964
- Magistraten
Mrs. de Jong, Wiarda, Houwing, Hülsmann en Petit
- Zaaknummer
[14051964/NJ_1964-430]
- Conclusie
Mr. Bakhoven
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS140291:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1964:15, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑05‑1964
- Wetingang
(BW art. 1946 lid 2 onder 3; AWR art. 67.)
Essentie
Geheimhoudingsplicht van belastingambtenaren krachtens art. 67, lid 1 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.
Samenvatting
Bij de bestreden beschikking, waarbij het beroep van thans-verzoeker op verschoningsrecht als getuige is verworpen, heeft de rechter-commissaris ten onrechte aangenomen dat de door art. 67, lid 1, der Algemene wet inzake rijksbelastingen opgelegde geheimhoudingsplicht zich niet verder uitstrekt dan tot hetgeen aan de betrokkene is gebleken of medegedeeld nopens de persoon of de zaak van een of meer bepaalde belastingplichtigen.
Art. 67 laat geen andere uitlegging toe dan deze, dat de geheimhoudingsplicht zich uitstrekt tot hetgeen is gebleken of medegedeeld nopens de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.