Einde inhoudsopgave
Beleidsbesluit doorschuiffaciliteit afschaffing open CV
2 De faciliteit
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
20-12-2023, Stcrt. 2023, 32435 (uitgifte: 21-12-2023, regelingnummer: 2023-255883)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2023, Stcrt. 2023, 32435 (uitgifte: 21-12-2023, regelingnummer: 2023-255883)
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Belastingplichtige
In artikel IX, eerste lid, Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen is bepaald dat een open CV op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan 1 januari 2025 geacht wordt al haar vermogensbestanddelen tegen de waarde in het economische verkeer te hebben overgedragen aan haar commanditaire en beherende vennoten. Daarnaast wordt een open CV op grond van het eerste lid geacht te zijn opgehouden in Nederland belastbare winst te genieten zodat sprake is van een verplichte eindafrekening in de vennootschapsbelasting over alle in haar onderneming aanwezige stille en fiscale reserves en goodwill.
In artikel X, eerste lid, Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen is een doorschuiffaciliteit opgenomen die erin voorziet dat de hiervoor genoemde fictieve vervreemdingswinst niet in aanmerking hoeft te worden genomen als aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Als cumulatief aan de in het eerste lid genoemde voorwaarden wordt voldaan, dan behoeft de winst niet in aanmerking te worden genomen. De verkrijgende commanditaire vennoten treden in dat geval met betrekking tot al hetgeen wordt verkregen in de plaats van de open CV.
Als niet aan de voorwaarden van het eerste lid wordt voldaan, biedt het tweede lid de mogelijkheid om de winst alsnog buiten aanmerking te laten. Op gezamenlijk verzoek van de open CV en alle commanditaire vennoten, mits die op 1 januari 2025 onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting, zonder ervan te zijn vrijgesteld, kan alsnog de doorschuiffaciliteit worden verkregen. Het verzoek wordt schriftelijk gedaan, uiterlijk op het tijdstip van het doen van de aangifte vennootschapsbelasting van de open commanditaire vennootschap over het boekjaar dat eindigt op 31 december 2024. Als het verzoek wordt ingewilligd, worden hieraan voorwaarden verbonden. De inspecteur beslist op het verzoek bij een voor bezwaar vatbare beschikking (artikel X, tweede lid, Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen).
Voor de volledigheid merk ik op dat de faciliteit ook openstaat voor de maatschap, de VOF en daarmee vergelijkbare rechtsvormen naar het recht van een andere staat die met ingang van 1 januari 2025 niet langer onderworpen is aan de vennootschapsbelasting door inwerkingtreding van de Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen (artikel XVII Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen). Dit besluit is van overeenkomstige toepassing voor deze rechtsvormen.
Tot slot merk ik op dat als de verkrijgende commanditaire vennoot over bepaalde fiscale aanspraken beschikt, bijvoorbeeld aanspraken op verliesverrekening, de faciliteit alleen mogelijk is op grond van het tweede lid van artikel X. Dit geldt ook ingeval de verkrijgende commanditaire vennoot als dochtermaatschappij is opgenomen in een fiscale eenheid als bedoeld in artikel 15 Wet Vpb 1969.