JONDR 2019/695
Conclusie A-G: eindarrest hof inzake volstortingsaansprakelijkheid sluit niet aan op tussenarrest en dient derhalve te worden vernietigd
HR (A-G) 12-04-2019, ECLI:NL:PHR:2019:490
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
12 april 2019
- Zaaknummer
18/01481
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Ondernemingsrecht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1276, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:490, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑04‑2019
- Wetingang
Art. 2:180 lid 2 BW (oud); Art. 150 Rv
Essentie
Het eindarrest van het hof met betrekking tot de vraag of de aandeelhouder aan zijn volstortingsverplichting heeft voldaan, sluit niet aan op het eerder door het hof gewezen tussenarrest in deze zaak. Het eindarrest is derhalve niet begrijpelijk gemotiveerd en dient derhalve te worden vernietigd, aldus de A-G.
Samenvatting
Deze conclusie van de A-G betreft het vervolg op het arrest van het hof Arnhem-Leeuwarden (ECLI:NL:GHARL:2018:420). In dat arrest stond de vraag centraal of door de enig aandeelhouder van T&K Dakwerken B.V. is voldaan aan de volstortingsverplichting op de aandelen. In dat kader spreken verschillende onbetaald gelaten leveranciers van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.