WR 2015/9
Belangenafweging bedrijfsruimte – onderhuur: huurovereenkomst van 22 jaar; verhuurder wenst onderverhuurde winkelruimte rechtstreeks te verhuren
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
4 februari 2014
- Magistraten
Mrs. B.A. Meulenbroek, I.B.N. Keizer, Th.J.A. Kleijngeld
- Zaaknummer
HD 200.125.747_01
- Noot
Mr. J.M. Winter-Bossink
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS919759:1
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Huur van bedrijfsruimte
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:2014:220, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 04‑02‑2014
- Wetingang
(art. 7:296 lid 3 BW)
Essentie
Belangenafweging bedrijfsruimte – onderhuur: huurovereenkomst van 22 jaar; verhuurder wenst onderverhuurde winkelruimte rechtstreeks te verhuren
Samenvatting
Huurster is een beleggingsmaatschappij in commercieel vastgoed, gespecialiseerd in winkelpanden. Zij heeft de gehuurde winkelruimte in onderhuur gegeven. De onderhuurovereenkomst is door onderhuurder opgezegd. Verhuurder wil op grond van de algemene belangenafweging de huurovereenkomst beëindigen. In de huurovereenkomst is een voorkeursrecht ten behoeve van huurster opgenomen maar dit behelst geen koopoptie, daarom ziet het hof hierin geen argument en belang voor voortzetting van de huurovereenkomst. Het hof oordeelt dat huurster gegeven de door haar gedane investeringen ten behoeve van de onderverhuur de ...