NTM/NJCM-bull. 2006, p. 1128
VERSCHONINGSRECHT INZAKE MEDISCH CONSULTATIEBUREAU DOSSIER VAN SAVANNA GEHONOREERD
HR 09-05-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AV2386, m.nt. Mariëlle Bruning (zaak Savanna)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 mei 2006
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, W.E. Thomassen
- Zaaknummer
03082/05B
- Noot
Mariëlle Bruning
- LJN
AV2386
- Roepnaam
zaak Savanna
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS917693:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AV2386, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑05‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AV2386, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑05‑2006
Essentie
VERSCHONINGSRECHT INZAKE MEDISCH CONSULTATIEBUREAU DOSSIER VAN SAVANNA GEHONOREERD
Samenvatting
De Hoge Raad oordeelt dat de rechtbank onvoldoende toereikend heeft gemotiveerd waarom sprake is van zeer uitzonderlijke omstandigheden die maken dat de waarheidsvinding moet prevaleren boven het verschoningsrecht en op grond daarvan inzage moet worden gegeven in het medisch consultatiebureaudossier van Savanna ten behoeve van het strafrechtelijk onderzoek naar het handelen van de gezinsvoogd. Hoewel in het kader van dit onderzoek zowel het Openbaar Ministerie (OM) als de verdediging en de Rechter-Commissaris (R-C) inzage in het dossier wensen en de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.