Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels
Artikel 69 Aanvullende bepalingen
Geldend
Geldend vanaf 20-05-2004
- Redactionele toelichting
Dit artikel is gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2004, L 200).
- Bronpublicatie:
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
- Inwerkingtreding
20-05-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
29-04-2004, PbEU 2004, L 166 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 883/2004)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
Indien er aan de op grond van de artikelen 67 en 68 aangewezen wetgeving geen enkel recht wordt ontleend op aanvullende of speciale gezinsuitkeringen voor wezen, worden deze uitkeringen, bovenop de andere op grond van de wetgeving van de hiervoor genoemde lidstaat verkregen gezinsuitkeringen, automatisch verleend krachtens de wetgeving van de lidstaat waaraan de overleden werknemer het langst onderworpen is geweest, voorzover het recht aan de bovengenoemde wetgeving werd ontleend. Indien aan deze wetgeving geen enkel recht werd ontleend, worden de voorwaarden voor het verwerven van een dergelijk recht krachtens de wetgeving van de overige betrokken lidstaten getoetst en worden de uitkeringen toegekend, en wel in afdalende volgorde volgens de duur van de krachtens de wettelijke regelingen van deze lidstaten vervulde tijdvakken van verzekering of van wonen.
2.
De uitkeringen die in de vorm van pensioenen of van aanvullende pensioenen worden uitgekeerd, worden toegekend en berekend overeenkomstig hoofdstuk 5.