NJ 2017/424
Poging tot doodslag, ontslag van alle rechtsvervolging. Noodweerexces.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 februari 2017
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.L.J. van Strien, E.F. Faase
- Zaaknummer
16/00524
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Noot
H.D. Wolswijk
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS110913:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:319, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑02‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1503, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑04‑2016
- Wetingang
Art. 41 lid 2, art. 287 Sr
Essentie
OM-cassatie. Poging tot doodslag, ontslag van alle rechtsvervolging. Noodweerexces.
Het oordeel van het hof dat de door de aanval van het slachtoffer veroorzaakte gemoedsbeweging van doorslaggevend belang is geweest voor de aan verdachte verweten gedraging (het inspringen op en schoppen tegen het hoofd van het slachtoffer) getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting en is ook niet onbegrijpelijk.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 15 december 2015, nummer 23/003869-14, in de strafzaak tegen: B., adv.: mr. J. Kuijper, te Amsterdam.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Middelen I en II, ...