RvdW 2023/761
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Medische behandelingsovereenkomst. Vervolg op HR 19 juni 2020, ECLI:NL:HR:2020:1082 (Miragelplombe). Was plombe in 1992 ‘state of the art’? Stelplicht en bewijslast.
HR 30-06-2023, ECLI:NL:HR:2023:1002
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 juni 2023
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, G.C. Makkink, K. Teuben
- Zaaknummer
22/02449
- Conclusie
plv. P-G mr. M.H. Wissink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1002, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑06‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:488, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑05‑2023
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Medische behandelingsovereenkomst. Vervolg op HR 19 juni 2020, ECLI:NL:HR:2020:1082 (Miragelplombe). Was plombe in 1992 ‘state of the art’? Stelplicht en bewijslast.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 22/02449
Datum 30 juni 2023
ARREST
In de zaak van
[eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
hierna: [eiser],
advocaat: J. van Weerden,
tegen
KATHOLIEKE UNIVERSITEIT NIJMEGEN (UMC ST. RADBOUD ZIEKENHUIS),
gevestigd te Nijmegen,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: Radboudumc,
advocaat: N.T. Dempsey.
Conclusie
Conclusie plv. P-G mr. M.H. Wissink:
Deze zaak wordt voor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.