Einde inhoudsopgave
Besluit zeevarenden
Artikel 28b
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2019
- Bronpublicatie:
31-01-2019, Stb. 2019, 44 (uitgifte: 11-02-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-01-2019, Stb. 2019, 44 (uitgifte: 11-02-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Onderwijsrecht / Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
1.
Onverminderd artikel 8 geeft het bezit van het kennisbewijs stuurman-werktuigkundige vissersvaartuigen SW4, tezamen met:
- a.
het certificaat basisveiligheid voor vissers;
- b.
het certificaat reddingmiddelen;
- c.
het certificaat brandbestrijding voor gevorderden;
- d.
het certificaat medische eerste hulp aan boord; en
- e.
het algemeen certificaat voor de maritieme radiocommunicatie,
de aanvrager die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt recht op een vaarbevoegdheidsbewijs voor de functies:
- f.
stuurman-werktuigkundige zeevisvaart alle vissersvaartuigen;
- g.
stuurman zeevisvaart alle vissersvaartuigen;
- h.
plaatsvervangend schipper zeevisvaart met de beperking tot vissersvaartuigen tot 60 meter;
- i.
wachtwerktuigkundige zeevisvaart alle vissersvaartuigen;
- j.
tweede werktuigkundige zeevisvaart vissersvaartuigen met minder dan 3.000 kW voortstuwingsvermogen;
- k.
wachtwerktuigkundige alle schepen;
- l.
wachtlopend gezel dek alle schepen; en
- m.
gezel zeevisvaart.
2.
Het kennisbewijs geeft recht op een vaarbevoegdheidsbewijs voor de functie plaatsvervangend schipper zeevisvaart alle vissersvaartuigen, indien de aanvrager een ervaring heeft van ten minste 12 maanden in een functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel g of h.
3.
Het kennisbewijs geeft de aanvrager recht op een vaarbevoegdheidsbewijs voor de functie van schipper zeevisvaart alle vissersvaartuigen, indien hij in het bezit is van het certificaat medische zorg aan boord, en een ervaring heeft van:
- a.
ten minste 36 maanden in de functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel g of h;
- b.
ten minste 12 maanden in de functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel g of h, en ten minste 12 maanden in de functie, genoemd in het tweede lid; of
- c.
ten minste 24 maanden in de functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel f, en ten minste 12 maanden in de functie, genoemd in het tweede lid.
4.
Het kennisbewijs geeft recht op een vaarbevoegdheidsbewijs voor de functie tweede werktuigkundige zeevisvaart alle vissersvaartuigen, indien de aanvrager een ervaring heeft van ten minste 12 maanden in een functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel i of j.
5.
Het kennisbewijs geeft recht op een vaarbevoegdheidsbewijs voor de functie hoofdwerktuigkundige zeevisvaart vissersvaartuigen met minder dan 3.000 kW voortstuwingsvermogen, indien de aanvrager een ervaring heeft van ten minste 12 maanden in een functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel i of j.
6.
Het kennisbewijs geeft recht op een vaarbevoegdheidsbewijs voor de functie hoofdwerktuigkundige zeevisvaart alle vissersvaartuigen, indien de aanvrager een ervaring heeft van:
- a.
ten minste 36 maanden in de functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel i of j; of
- b.
ten minste 12 maanden in de functie, genoemd in het eerste lid, onderdeel i of j, en ten minste 12 maanden in het bezit van het vaarbevoegdheidsbewijs, genoemd in het vierde lid.