Einde inhoudsopgave
Besluit houders van dieren
Artikel 1.10 Gevallen waarin dieren mogen worden gedood
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2014
- Bronpublicatie:
05-06-2014, Stb. 2014, 210 (uitgifte: 19-06-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-06-2014, Stb. 2014, 211 (uitgifte: 19-06-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Dierenrecht / Algemeen
Als gevallen als bedoeld in artikel 2.10, eerste lid, van de wet worden aangewezen gevallen waarin:
- a.
een dier wordt gedood ter beëindiging of voorkoming van onmiddellijk gevaar voor mens of dier;
- b.
een dierenarts heeft vastgesteld dat doden in het belang van het dier is;
- c.
dat doden bij of krachtens enig wettelijk voorschrift of ingevolge een EU-verordening is voorgeschreven;
- d.
een dier wordt gedood ter beëindiging van ondraaglijk lijden van het dier;
- e.
een dier wordt gedood vanwege niet te corrigeren gevaarlijke gedragskenmerken.