NJ 1926, p. 1021
Optreden procureur, bij de schikking van het tusschen partijen gevoerd proces, als gemachtigde bij het aangaan van een huurovereenkomst. Daarover nieuw proces.
HR 18-06-1926, ECLI:NL:HR:1926:260, m.nt. Prof. E. M. Meijers (Altena/Van der Horst)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 juni 1926
- Magistraten
Mrs. Bosch, Savelberg, Visser, v. d. Dries, Kirberger.
- Zaaknummer
[18061926/NJ_1926,_p._1021]
- Conclusie
Mr. Noyon
- Noot
Prof. E. M. Meijers
- Roepnaam
Altena/Van der Horst
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS121707:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1926:260, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑06‑1926
- Wetingang
(BW art. 1844.)
Essentie
Optreden procureur, bij de schikking van het tusschen partijen gevoerd proces, als gemachtigde bij het aangaan van een huurovereenkomst. Daarover nieuw proces.
Samenvatting
Rechtbank: Het beginsel van art. 1844, 2e lid B. W. lijdt uitzondering wanneer de lastgeving op zoodanige wijze ter kennis wordt gebracht van hem, die met den lasthebber handelt, dat hij op redelijke gronden mag aannemen, dat de lasthebber de grenzen zijner macht niet overschrijdt. Zulk een uitzonderingsgeval is hier aanwezig.
Concl. Proc.-Gen.: Een uitzondering als door de Rechtb. aangenomen berust niet op de wet. Wat de derde uit het optreden van den z.g. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.