Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/23 betreffende een kader voor het herstel en de afwikkeling van centrale tegenpartijen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1095/2010, enz.
Artikel 54 Uitsluiting van bepaalde contractuele voorwaarden in geval van vroegtijdige interventie en afwikkeling
Geldend
Geldend vanaf 11-02-2021
- Bronpublicatie:
16-12-2020, PbEU 2021, L 22 (uitgifte: 22-01-2021, regelingnummer: 2021/23)
- Inwerkingtreding
11-02-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2020, PbEU 2021, L 22 (uitgifte: 22-01-2021, regelingnummer: 2021/23)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een crisispreventiemaatregel of afwikkelingsmaatregel die overeenkomstig deze verordening is genomen, of een gebeurtenis die rechtstreeks verband houdt met de toepassing van die maatregel, wordt niet als insolventieprocedure, afdwingingsgrond, of wanbetaling in de zin van respectievelijk Richtlijn 98/26/EG, Richtlijn 2002/47/EG en Verordening (EU) nr. 575/2013 beschouwd, mits bij voortduring aan de materiële verplichtingen op grond van het contract, daaronder begrepen de betalings- en leveringsverplichtingen, en het verschaffen van zekerheden, wordt voldaan.
Voor de toepassing van de eerste alinea van dit lid worden overeenkomstig artikel 77 erkende afwikkelingsprocedures van derde landen, of anderszins indien de afwikkelingsautoriteit daartoe besluit, beschouwd als een overeenkomstig deze verordening genomen afwikkelingsmaatregel.
2.
Een crisispreventiemaatregel of een afwikkelingsmaatregel als bedoeld in lid 1 wordt niet gebruikt voor:
- a)
de uitoefening van beëindigings-, opschortings-, wijzigings-, salderings- of verrekeningsrechten, ook in verband met een contract dat is gesloten door een entiteit van de groep waarvan de CTP deel uitmaakt en dat kruiselingse wanbetalingsbepalingen of verplichtingen bevat die zijn gegarandeerd of anderszins worden ondersteund door een entiteit van de groep;
- b)
het verwerven van, de zeggenschap uitoefenen over of het afdwingen van een zekerheidsrecht jegens eigendom van de betrokken CTP of elke andere groepsentiteit in verband met een contract dat kruiselingse wanbetalingsbepalingen bevat, of
- c)
het aantasten van de contractuele rechten van de betrokken CTP of een andere groepsentiteit in verband met een contract dat kruiselingse wanbetalingsbepalingen bevat.