Einde inhoudsopgave
Regeling bedrijfsmatig tot ontbranding brengen van vuurwerk
Artikel 5.4
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2012
- Bronpublicatie:
14-06-2012, Stcrt. 2012, 11957 (uitgifte: 21-06-2012, regelingnummer: IENM/BSK-1012/109051)
- Inwerkingtreding
01-07-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-06-2012, Stcrt. 2012, 11957 (uitgifte: 21-06-2012, regelingnummer: IENM/BSK-1012/109051)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieugevaarlijke stoffen
Omgevingsrecht / Algemeen
1.
Indien zich tijdens het vuurwerkevenement een ongewoon voorval voordoet of heeft voorgedaan, waardoor nadelige gevolgen voor het milieu zijn ontstaan of dreigen te ontstaan of de veiligheid van het publiek niet is gewaarborgd, treft de toepasser onmiddellijk de maatregelen die redelijkerwijs van hem kunnen worden verlangd om de gevolgen van die gebeurtenis te voorkomen of, voor zover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, zoveel mogelijk te beperken en ongedaan te maken.
2.
Bij ongewone voorvallen wordt het vuurwerkevenement onmiddellijk opgeschort en wordt het vuurwerkevenement na overleg met gedeputeerde staten van de provincie waar het vuurwerkevenement plaats zou vinden alleen hervat, als de veiligheid is gewaarborgd.
3.
De toepasser meldt een ongewoon voorval als bedoeld in het eerste lid zo spoedig mogelijk elektronisch aan het bestuursorgaan, bedoeld in het tweede lid.
4.
Bij een melding als bedoeld in het derde lid verstrekt de toepasser gegevens met betrekking tot:
- a.
de oorzaken van het voorval en de omstandigheden waaronder het voorval zich heeft voorgedaan;
- b.
de maatregelen die zijn genomen of worden overwogen om de gevolgen van het voorval te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken;
- c.
de maatregelen die zijn genomen of worden overwogen om te voorkomen dat een zodanig voorval zich nogmaals kan voordoen.