NJB 2012/665
HR, 28-02-2012, nr. S 10/04385
HR 28-02-2012, ECLI:NL:HR:2012:BU8715
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 februari 2012
- Magistraten
Mrs. Van Dorst, De Hullu en Buruma
- Zaaknummer
S 10/04385
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BU8715
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BU8715, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑02‑2012
- Wetingang
Sv art. 408
Essentie
Nu zich bij de stukken geen verklaring van een door de verdachte schriftelijk gemachtigde bevindt om de inleidende dagvaarding voor hem in ontvangst te nemen, terwijl verdachte van geen gemachtigde weet heeft, is de niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte ontoereikend gemotiveerd
Uitspraak
De verdachte werd in hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep.
Het eerste middel houdt in dat het hof ten onrechte, althans onvoldoende gemotiveerd, de verdachte niet-ontvankelijk heeft verklaard in zijn hoger beroep. In de toelichting op het middel wordt aangevoerd dat bij de akte van uitreiking d.d. 16 maart 2009 – anders dan in die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.