Einde inhoudsopgave
Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001
Artikel 99
Geldend
Geldend vanaf 09-03-2014
- Bronpublicatie:
29-01-2014, Stcrt. 2014, 3140 (uitgifte: 04-02-2014, regelingnummer: 2014-0000054453)
- Inwerkingtreding
09-03-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-01-2014, Stcrt. 2014, 3140 (uitgifte: 04-02-2014, regelingnummer: 2014-0000054453)
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
De aan het Rijk verschuldigde kosten worden vastgesteld aan de hand van de aanvraagbestanden die met gebruikmaking van het reisdocumentenstation aan de leverancier zijn verzonden.
2.
Het college van burgemeester en wethouders stelt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op de hoogte van:
- a.
het verlenen van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van rechten als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden, door het zenden van een afschrift van de beschikking waarbij de kwijtschelding is verleend;
- b.
een situatie waarin een spoedlevering niet binnen de gestelde periode heeft plaatsgevonden, dan wel de met spoed geleverde reisdocumenten niet op de juiste wijze blijken te zijn vervaardigd, door het zenden van een daarop betrekking hebbende en door de leverancier geverifieerde mededeling.
3.
Het bestuurscollege stelt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op de hoogte van het verlenen van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van rechten als bedoeld in in artikel 2a, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden, door het zenden van een afschrift van de beschikking waarbij de kwijtschelding is verleend.