Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Canada tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen
Artikel 11 Interest
Geldend
Geldend vanaf 30-07-1994
- Redactionele toelichting
Zie voor de partijgegevens van deze wijziging het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Canada tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen.
- Bronpublicatie:
04-03-1993, Trb. 1993, 52 (uitgifte: 26-03-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
30-07-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-07-1994, Trb. 1994, 154 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Interest afkomstig uit een van de Staten en betaald aan een inwoner van de andere Staat, mag in die andere Staat worden belast.
2.
Deze interest mag echter ook in de Staat waaruit deze afkomstig is, overeenkomstig de wetgeving van die Staat worden belast, maar indien de genieter de uiteindelijk gerechtigde tot de interest is, mag de aldus geheven belasting 10 percent van het brutobedrag van de interest niet overschrijden.
3.
Niettegenstaande de bepalingen van het tweede lid, is interest afkomstig uit een van de Staten en betaald aan een inwoner van de andere Staat, die de uiteindelijk gerechtigde daartoe is, slechts in die andere Staat belastbaar voor zover deze interest:
- (a)
wordt betaald door een kopende onderneming aan een verkopende onderneming in verband met de verkoop op krediet van enige uitrusting of koopwaar, behalve in het geval van verkoop tussen personen die niet als willekeurige derden transacties met elkaar aangaan; of
- (b)
wordt betaald terzake van een obligatie of een schuldbewijs of een andere soortgelijke verplichting van de overheid van een van de Staten of een staatkundig onderdeel of een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan; of
- (c)
wordt betaald aan de andere Staat of een staatkundig onderdeel of een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan, aan de Centrale Bank van die andere Staat of aan een instantie (daaronder begrepen een financiële instelling) die wordt beheerst door die Staat of een onderdeel of een publiekrechtelijk lichaam daarvan; of
- (d)
wordt betaald ter zake van een lening aangegaan, gegarandeerd of verzekerd of een krediet verstrekt, gegarandeerd of verzekerd door enige financiële instelling die nader is aangegeven en overeengekomen in tussen de bevoegde autoriteiten van de Staten uitgewisselde brieven; of
- e.
wordt betaald aan een persoon opgericht en uitsluitend werkzaam voor het beheer of het verstrekken van voordelen krachtens een of meer pensioen- of uittredingsregelingen of andere regelingen van werknemersvoordelen, mits:
- i.
die persoon in de andere Staat in het algemeen is vrijgesteld van belasting; en
- ii.
de interest niet is verkregen uit het drijven van een onderneming of van een gelieerde persoon.
4
- (a)
Interest afkomstig uit Canada en betaald door een lichaam dat inwoner is van Canada aan een inwoner van Nederland die de uiteindelijk gerechtigde is tot die interest, en waarmee dat lichaam als willekeurige derde transacties aangaat, ter zake van enige schuldbetekenis waarvan het bewijs van verschuldigd zijn door dat lichaam na 23 juni 1975 is uitgegeven, is, niettegenstaande de bepalingen van het tweede lid, slechts in Nederland belastbaar, indien ingevolge de voorwaarden van de schuldbekentenis of een daarop betrekking hebbende overeenkomst, het lichaam onder geen enkele omstandigheid verplicht kan worden meer dan 25 percent van de hoofdsom daarvan eerder terug te betalen dan na vijf jaren sedert de datum waarop het bewijs van verschuldigd zijn is uitgegeven, behoudens in het geval van een wanprestatie of nalatigheid ingevolge die voorwaarden of die overeenkomst of indien die voorwaarden of die overeenkomst onwettig worden of worden gewijzigd bij wet, door een rechterlijke instantie, een wetgevend lichaam of een commissie met wetgevende bevoegdheden;
- (b)
Niettegenstaande de bepalingen van artikel 31 kan Canada te allen tijde Nederland langs diplomatieke weg schriftelijk kennis geven van het opschorten van letter (a) gedurende enig tijdvak waarvoor de belastingwetgeving van Canada niet voorziet in een vrijstelling van de bronheffing op interest voor niet-inwoners, als behandeld in letter (a). In dat geval is letter (a) niet van toepassing met betrekking tot die interest betaald ter zake van schuldbekentenissen die zijn uitgegeven na de volgende termijnen: zes maanden na de dagtekening van die kennisgeving of 31 december van het kalenderjaar waarin de kennisgeving is gedaan, naar gelang welke van beide data het laatst valt;
- (c)
Voor de toepassing van dit lid wordt interest geacht geen interest te zijn indien de gehele interest of een deel van de interest die ter zake van de schuldbekentenis verschuldigd is, afhankelijk is van het gebruik van of de opbrengst uit goederen of zaken in Canada.
5.
De uitdrukking ‘interest’, zoals gebezigd in dit artikel, betekent inkomsten uit schuldvorderingen van welke aard ook, al dan niet verzekerd door hypotheek, en in het bijzonder inkomsten uit overheidsleningen en inkomsten uit obligaties of schuldbewijzen, daaronder begrepen de aan zodanige leningen, obligaties of schuldbewijzen verbonden premies en prijzen, alsmede de inkomsten die door de wetgeving van de Staat waaruit de inkomsten afkomstig zijn op dezelfde wijze aan de belastingheffing worden onderworpen als inkomsten uit geldlening. In rekening gebrachte boete voor te late betaling wordt voor de toepassing van dit artikel niet als interest aangemerkt. De uitdrukking ‘interest’ omvat echter niet inkomsten die in artikel 10 zijn behandeld.
6.
De bepalingen van het eerste, tweede, derde en vierde lid zijn niet van toepassing, indien de uiteindelijk gerechtigde tot de interest, die inwoner is van een van de Staten, in de andere Staat waaruit de interest afkomstig is een bedrijf uitoefent door middel van een aldaar gevestigde vaste inrichting, of in die andere Staat zelfstandige arbeid verricht vanuit een aldaar gevestigd vast middelpunt, en de vordering uit hoofde waarvan de interest wordt betaald, tot het bedrijfsvermogen van die vaste inrichting of tot het beroepsvermogen van dat vaste middelpunt behoort. In dat geval zijn, naar gelang van het geval, de bepalingen van artikel 7 of artikel 14 van toepassing.
7.
Interest wordt geacht uit een van de Staten afkomstig te zijn, indien deze wordt betaald door die Staat zelf, door een staatkundig onderdeel, door een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam of door een inwoner van die Staat. Indien evenwel de persoon die de interest betaalt, of hij inwoner van een van de Staten is of niet, in een van de Staten een vaste inrichting of een vast middelpunt heeft, waarvoor de schuld ter zake waarvan de interest wordt betaald, was aangegaan, en deze interest ten laste komt van die vaste inrichting of van dat vaste middelpunt, wordt deze interest geacht afkomstig te zijn uit de Staat waar de vaste inrichting of het vaste middelpunt is gevestigd.
8.
Indien, ten gevolge van een bijzondere verhouding tussen de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de betaalde interest, gelet op de schuldvordering ter zake waarvan deze wordt betaald, hoger is dan het bedrag dat zonder zulk een verhouding door de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde zou zijn overeengekomen, vinden de bepalingen van dit artikel slechts op het laatstbedoelde bedrag toepassing. In dat geval blijft het daarboven uitgaande deel van het betaalde bedrag belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elk van de Staten, zulks met inachtneming van de overige bepalingen van deze Overeenkomst.