RvdW 2010, 761
Verkorte dagvaardingstermijn. Geen schorsing onderzoek bij verschijnen gemachtigd raadsman.
HR 08-06-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM0154
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 juni 2010
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, M.A. Loth
- Zaaknummer
08/01927
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BM0154
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM0154, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑06‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM0154, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑03‑2010
- Wetingang
Sv art. 265 lid 2 en 3
Essentie
Termijn voor dagvaarding is niet in acht genomen, terwijl door de verdachte geen toestemming tot verkorting van die termijn is gegeven. Indien de verdachte niet is verschenen, maar wel een voor hem optredende gemachtigde raadsman, behoeft de behandeling niet op de voet van art. 265, derde lid, Sv te worden geschorst.
Samenvatting
Hetgeen ter terechtzitting dient te geschieden bij gebreke van de in art. 265, tweede lid, Sv gegeven toestemming tot verkorting van de termijn voor dagvaarding, is geregeld in het derde lid van art. 265 Sv. Uitgangspunt is dat de rechter verplicht is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.